Spring naar hoofd-inhoud

Nastaar komt vaak voor na een cataractoperatie, meestal na enkele maanden tot jaren. Het kapseltje waar de nieuwe lens in werd geplaatst tijdens een cataractoperatie kan na een tijdje troebel worden, waardoor het zicht terug minder goed wordt. Na een cataractoperatie ontwikkelt 1 op 3 van de patiënten binnen de 5 jaar nastaar. Het is dus een veel voorkomend fenomeen, dat gelukkig gemakkelijk te behandelen is.

Nastaar is veel gemakkelijker te behandelen dan cataract. Om de nastaar te laten verdwijnen is geen operatie nodig, maar een laserbehandeling. Vóór de laserbehandeling  worden oogdruppels gebruikt om de pupil wijd te maken. Dit duurt ongeveer 20-30 minuten. Zodra de pupil voldoende groot is kan u behandeld worden.Er wordt een contactglaasje gebruikt om de de nastaar te verwijderen. Deze behandeling duurt hooguit enkele minuten en is pijnloos. Omdat de pupil wijd wordt gemaakt kan het zicht enkele uren minder goed zijn, en is het nuttig een chauffeur mee te brengen. Sommige patiënten zien de eerste dagen na de behandeling af en toe vlokjes in het gezichtsveld, vooral indien de nastaar uitgesproken was. Dit is een voorbijgaand fenomeen. Alle gebruikelijke medicaties mogen verder worden ingenomen. U hoeft niet nuchter te zijn.

 

Na de behandeling worden oogdruppels gebruikt gedurende 1 week. Aanpassing van de brilglazen is vaak niet nodig.
Controle na de behandeling wordt gepland afhankelijk van eventuele andere oogproblemen.